Onderscheid moet er zijn

‘’Je hebt toch een onderscheiding?’’vroeg zijn zoon, toen iedereen van koffie voorzien was. ‘’Ja,’’ zei zijn vader na enig nadenken. ‘’Ja, ik heb toen een Koninklijke onderscheiding gekregen. Het heeft ook nog in het Personeelsblad gestaan.’’ ’’ Maar wat ben je dan?’’ wilde de zoon weten. ‘’Ben je ridder ofzo?’’ Zijn vader dacht weer na. ‘’Ja, het was een ridderorde, een lintje.’’ ‘’ Ja,’’ viel zijn moeder bij, ‘’je vader heeft een ridderorde gekregen.’’ ‘’ Wat dan precies?’’ wilde de zoon weer weten. ‘’Is het in de orde van Oranje-Nassau? Ridder in de Orde van Oranje-Nassau?’’ Zijn vader dacht weer na. ‘’Ja,’’ antwoordde hij toen, ’’Oranje-Nassau.’’  ‘’Ja hoor, ridder,’’ zei zijn moeder en roerde in haar koffie. ‘’Je vader is ridder in de orde van Oranje-Nassau.’’

Hij wist genoeg. Zijn vader had niet lang meer te leven, maar in de overlijdensadvertentie kon nu tenminste de correcte Koninklijke onderscheiding worden vermeld die hem bij zijn leven ten deel was gevallen. Hij wist zeker dat zijn vader dat op prijs zou stellen, ook al kon hij hem daar, vanwege diens verwarde geestelijke toestand, niet rechtstreeks naar vragen.

Toen zijn vader niet lang daarna overleed verbaasden zijn zusters en zijn moeder zich erover dat hij beslist de tekst ‘’ridder in de orde van Oranje-Nassau’’ in de advertentie en op de kaart wilde hebben. Maar hij hield voet bij stuk. ‘’Ja, ik weet zeker dat hij dat heel graag zo gewild zou hebben.’’ Het was toch een erkenning van zijn vaders verdiensten, hield hij hen voor.

En zo geschiedde. Ridder in de orde van Oranje-Nassau stond er op de kaart en in de advertentie. Veel mensen die kwamen condoleren spraken er hun verwondering over uit: dat je vader ook nog ridder was, dat hebben we nooit geweten. Ook de dominee die het In Memoriam voor zijn vader in het kerkblad schreef stond er uitgebreid bij stil.

Enkele weken na de begrafenis kwam er een brief van de Kanselarij der Nederlandse Orden. Hierin werd de nabestaanden verzocht de eremedaille in zilver verbonden aan de orde van Oranje-Nassau te willen retourneren in verband met het overlijden van de drager. Plotseling overviel hem een onbehaaglijk gevoel. Was een eremedaille niet iets heel anders dan een ridderorde? Had hij in zijn ijver om de nagedachtenis  van zijn vader te eren hem niet iets toegedicht dat hij nooit had bezeten? Nader onderzoek leerde hem al snel dat het ridderschap in de Orde van Oranje-Nassau alleen voor veel hoger geplaatste figuren dan zijn vader was weggelegd. Politici, topsporters, beroemde kunstenaars, hoge ambtenaren, dat soort mensen. Voor een eenvoudige ambtenaar zoals zijn vader schoot er, als die geluk had, een medaille over. Zijn vader was zelfs geen ‘’lid’’ geweest van de Orde, maar slechts drager van een onderscheiding die aan het einde van de 19e eeuw in het leven was geroepen om ook het mindere volk een schouderklopje te kunnen geven, zonder het meteen tot de eigen kringen te hoeven toelaten. In zijn ijver zijn vader een eervol afscheid te bezorgen, had hij hem slechts belachelijk gemaakt door hem een onderscheiding toe te dichten die hij nooit van zijn leven behaald had of zelfs maar had kunnen behalen. Hoeveel lezers van de kaart en advertentie zouden afkeurend hun wenkbrauwen hebben opgetrokken of meewarig hebben geglimlacht? Ridder van de Droevige Figuur zou een betere omschrijving zijn geweest. Drager van een onderscheidingsteken dat plotseling eerder naar een uitgelopen vierdaagse dan naar iets anders leek te verwijzen.

Verschillen moesten er nu eenmaal zijn. Onderscheiding. Het woord zei het al.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s